Nergens in de Regio Hart van Brabant zal, als het aan de burgemeesters ligt, in de aanloop naar en rondom de komende jaarwisseling het geknal van carbid te horen zijn. In het Districtelijk Driehoeksoverleg (DDO) van 26 november is daartoe besloten. De bedoeling is de druk op de medische zorg zo laag mogelijk te houden.

De risico’s van massaal en onoordeelkundig gebruik van carbid worden door de burgemeesters als te groot ingeschat. Daarnaast bestaat de vrees van een te massale toeloop van toeschouwers bij het afsteken van carbid. Hierdoor ontstaan als vanzelf ‘evenementen’ waarbij het lastig is onderling voldoende afstand te houden. Gezien de huidige coronamaatregelen is dat ongewenst.

Landelijk was het afsteken van vuurwerk al verboden. Er waren aanwijzingen dat mensen, omdat carbid formeel geen vuurwerk is, de focus daarheen zouden verleggen. Er werd de voorbije weken al een groeiende handel in melkbussen gesignaleerd. De grootste dreiging gaat volgens het DDO uit van mensen die niet weten wat ze doen. Zij kunnen zichzelf, elkaar en omstanders (en daarmee de toch al onder druk staande gezondheidszorg) leed berokkenen door stoffen te ontsteken waarvan ze de kracht onvoldoende kennen en beheersen.

Carbidtoerisme
Om te voorkomen dat er een soort carbidtoerisme ontstaat, is besloten één lijn te trekken in de acht gemeenten. Zoals één van de burgemeesters het uitdrukte: “Je wilt niet meemaken dat van heinde en verre mensen met aanhangwagentjes vol melkbussen bij jou basketballen door de kern komen schieten. Dat wordt een puinhoop.”
Om het verbod op carbidschieten ook juridisch te borgen, vullen alle regiogemeenten hun Algemene Plaatselijke Verordening aan met een nieuw artikel dat het afsteken en het in bezit hebben van carbid verbiedt. Totdat in iedere regiogemeente de raad dit nieuwe APV-artikel bekrachtigt, geldt het zonder ontheffing veroorzaken van onnodige geluidshinder als grondslag om het verbod op het afsteken van carbid te handhaven.